Monday, May 10, 2010

Van parkeer plaats tot schuttersput.........en een gevulde koek

Het is koud, het ijs zit op het dak van mijn auto en er staat een stevige wind. Later lees ik in de krant dat de wind zo hevig is geweest, dat er vier in aanbouw zijnde huizen zijn ingestort.

Maar even terug, het is dus koud en het waait en zit in mijn auto op een parkeerplaats. Niks vreemd zou je denken, echter het is drie uur 's-nachts en de parkeerplaats is verder helemaal leeg. De gebouwen om mij heen zijn afgesloten en zit hier al drie uur en er zullen nog negen uren volgen. Noemenswaardig is ook dat er geen licht is, geen warmte , geen elektriciteit, geen warme koffie, geen warme hap, nee niets helemaal niets. Alleen mijn auto, enige blikken koffie met oppeper (koud) en wat brood.

Het bovesntaande vertelt wat over mijn werk afgelopen weekend, 31 uur in mijn auto op een lege parkeerplaats, dom voor je uit staren, proberen een boek te lezen met behulp van een lantaarn. Een keer per uur een rondje om een museum lopen, waarbij je schoenen in een 5 centimeter modderpoel verdwijnen. Ik weet niet hoe het met de arbeidsomstandigheden in Nederland is gesteld, of dit soort uren en omstandigheden, “normaal” worden genoemd. Hier in Canada is het heel normaal, en probeer vooral geen commentaar te geven, want dan kan je je baan wel eens kwijtraken. Welkom in het land van de ongekende immigratie mogelijkheden. Sorry voor de wat negetaive bijklank.

Het is maar een tijdelijke part time baan en heb gelukkig nog een andere part-time stek, die verwarming, internet, koelkast, koffiemachine en andere zaken heeft. Helemaal niet slecht dus. Maar de “parkeerplaats stek” is toch wel het uiterste (minimale) in mijn arbeidsleven. Zelfs mijn opleidingstijd bij de Luchtmacht was luxer te noemen. Maximaal 8 uur in een zelf gegraven schuttersput, waar ze regelmatig met warme koffie, thee, soep of een ander soort warm voedsel langs kwamen. Ook was de “CADI” vaak vlakbij voor je gevulde koek en broodje worst.

Tja, dit soort weekenden doet je wel eens terug denken aan die goeie oude tijd in je schutterput op de Ginkelse heide, wachten op een vijand die uiteindelijk nooit is komen opdagen.